Looqin: kijken naar kinderen

Interview Marly Schoofs, een van de eerste gebruikers van looqin KO

 

 

“Ik denk gelijk: look. Kijk. Kijken. Kijken naar kinderen.”

Wat heeft je geraakt als het gaat om Looqin?

“Dat je mag kijken, dat je moet kijken. Het geeft je rust: kijken naar kinderen. Je kunt een stapje terug doen en genieten. Belangrijk is om je niet schuldig te voelen als je naar kinderen kijkt, juist dan ben je bezig met de basis en de kern van je werk. We zijn allemaal zo druk met zorgen voor kinderen, het verzorgen van kinderen, de waan van de dag. Als je dat meer los kunt laten dan kom je tot de kern van je werk: kinderen daadwerkelijk zien in hun ontwikkeling. Uitgangspunt daarin is dat je kinderen dan ook serieus neemt.

En dan moet je loslaten. Dat levert jezelf en de kinderen veel op, namelijk ruimte om de wereld te verkennen, te ontdekken, te ervaren. Looqin helpt je daarbij. Zeker de screening maakt je duidelijk dat je in korte observatie-momenten zo ontzettend veel kunt zien, en vooral hoe moeilijk het is om objectief te observeren. Dat is lastiger dan je denkt. Je legt al snel gevoel in je observatie of je kijkt al snel subjectief, vanuit vooronderstellingen. Of je vult in voor het kind: hij/zij zal er dat of dat wel mee bedoelen. Juist in het leren objectief te kijken ontstaat ook voor jezelf weer ruimte.”

Wat brengt Looqin jou?

“Er is een duidelijke pedagogische opdracht: waarom doe ik als professional iets voor het kind? Misschien willen we vooral kinderen helpen, dat geeft ons ook een goed gevoel. Maar heeft het kind daar wel iets aan? Worden ontwikkelingen en potentieel van kinderen niet meer aangesproken als ik kinderen de ruimte geef om zelf te ontdekken? Het is een beetje het verhaal van de vis en het visnet: geef ik iemand elke dag een vis om die persoon te helpen of geef ik een visnet en leer ik hem vissen?

Looqin is een hulpmiddel om kindontwikkeling voortdurend in beeld te krijgen. Het kost ook geen moeite want je doet het voortdurend. Je hebt telkens weer de tijd om te observeren, te kijken en daar je handelen en je pedagogische klimaat op aan te passen.”